donderdag, mei 9, 2024
Leerkrachten

Empirische cyclus


De empirische onderzoekscyclus

De empirische onderzoekscyclus is een cyclus van 5 fasen die de systematische processen schetst voor het uitvoeren van een empirisch onderzoek.
Het is ontwikkeld door de Nederlandse psycholoog A.D. de Groot in de jaren 1940 en het brengt 5 belangrijke stadia op één lijn die kunnen worden gezien als deductieve benaderingen van empirisch onderzoek.

In de methodologische cyclus van empirisch onderzoek zijn alle processen met elkaar verbonden en is geen van de processen belangrijker dan de ander.
Deze cyclus schetst duidelijk de verschillende fasen die komen kijken bij het genereren van de onderzoekshypothesen en het systematisch toetsen van deze hypothesen aan de hand van de empirische gegevens.

  • Observatie: Dit is het proces van het verzamelen van empirische gegevens voor het onderzoek.
    In dit stadium verzamelt de onderzoeker relevante empirische gegevens met behulp van kwalitatieve of kwantitatieve observatiemethoden.
    En dit gaat door om de onderzoekshypothesen te onderbouwen.
  • Inductie: In dit stadium maakt de onderzoeker gebruik van inductief redeneren om op basis van zijn of haar observatie tot een algemeen waarschijnlijke onderzoeksconclusie te komen.
    De onderzoeker genereert een algemene veronderstelling die probeert de empirische gegevens te verklaren.
    En hij/zij gaat verder met het observeren van de empirische gegevens in overeenstemming met deze veronderstelling.
  • Deductie: Dit is de fase van deductief redeneren.
    Hier genereert de onderzoeker hypothesen door logica en rationaliteit toe te passen op zijn of haar waarneming.
  • Testen: Hier test de onderzoeker de hypothesen met behulp van kwalitatieve of kwantitatieve onderzoeksmethoden.
    In de testfase combineert de onderzoeker relevante instrumenten van systematisch onderzoek met empirische methoden om tot objectieve resultaten te komen die de onderzoekshypothesen ondersteunen of ontkennen.
  • Evaluatie: Het evaluatieonderzoek is de laatste fase in een empirisch onderzoek.
    Hier schetst het onderzoek de empirische gegevens, de onderzoeksbevindingen en de ondersteunende argumenten plus eventuele uitdagingen die tijdens het onderzoeksproces zijn tegengekomen.

Voorbeelden van empirisch onderzoek

Er kan een empirisch onderzoek worden uitgevoerd om te bepalen of het luisteren naar vrolijke muziek de stemming van individuen verbetert.
De onderzoeker moet mogelijk een experiment uitvoeren waarbij individuen worden blootgesteld aan vrolijke muziek om te zien of dit hun humeur verbetert.

De bevindingen van een dergelijk experiment zullen empirisch bewijs leveren dat de hypothesen bevestigt of weerlegt.

Een ander voorbeeld van empirisch onderzoek is het meten van de niveaus van geluidsoverlast in een stedelijk gebied om de gemiddelde niveaus van blootstelling aan geluid te bepalen die de bewoners ervaren.
Hier moet de onderzoeker mogelijk vragenlijsten afnemen of een enquête uitvoeren om relevante gegevens te verzamelen op basis van de ervaringen van de proefpersonen.
Ook kan empirisch onderzoek worden gedaan om de relatie tussen seizoenstrek en het lichaamsgewicht van vliegende vogels te bepalen.
Het kan nodig zijn dat een onderzoeker de vogels observeert en de nodige observaties en experimenten uitvoert om tot objectieve resultaten te komen die de onderzoeksvraag beantwoorden.


Bol.com AlgemeenBol.com Algemeen